Na de marathon bleven de loopschoenen vier dagen in de kast. De rest van de week beperkte ik mij tot wat loslopen. Bij een bezoek aan mijn kiné Joris Verhaeghe werd vastgesteld dat mijn bekken serieus gekanteld was. Ik liep rond met een beenlengteverschil van zo'n 1 cm. Joris wist het euvel bijna volledig weg te werken. Dat was nodig om blessures te vermijden.
Tijdens de tweede week na de marathon bleven mijn duurloopjes beperkt tot max zo'n 15km. Ik trok ook tweemaal naar de piste in Tielt voor enkele lichte snelheidsprikkels. Mijn lichaam bleek alvast goed hersteld en dat was toch een opsteker.
Het PK
Voor de 5.000m daagden dit jaar maar liefst 19 deelnemers op. We moesten zelfs in twee groepen starten. Na wat gedrum kwam mijn clubmakker Jan Petralia aan de kop van de wedstrijd en dat was ook de bedoeling. Ik nestelde mij in zijn spoor. Na anderhalve ronde liepen we al met z'n tweeën alleen aan de leiding. Na één kilometer klokten we 2'57". Mijn benen voelden niet zo goed aan en veel sneller mocht het toch niet gaan. De volgende ronden liepen we telkens rond de 1'12" of aan 20km/u. Jan vroeg om na enkele ronden over te nemen en dat deed ik dan ook. Dit deed ik tot Jan opnieuw spontaan over mij ging. Na 3km kwamen we 9'02" door. Een toptijd gingen we niet lopen, maar dat was ook niet te verwachten. Jan liep bijzonder soepel. Bij mij ging het stroever.
Met nog iets minder dan anderhalve kilometer te gaan vroeg Jan om nog eens over te nemen. Ik had niet veel zin in de koppositie, maar toch kwam ik op kop. Ik besloot op drie ronden van einde eens te versnellen en tot mijn verbazing had ik meteen een gaatje. Dit gaatje bleek met nog één kilometer te gaan toch al hoopgevend. Met zware benen probeerde ik het tempo hoog te houden en dat lukte ook. Ik pakte uiteindelijk voor eigen volk de West-Vlaamse titel in 15'06"51. Meteen ook mijn eerste titel in West-Vlaanderen. Tijdens de laatste 200m was het toch te genieten, want er was nog heel wat volk blijven staan voor onze wedstrijd. Jan werd na een mooie wedstrijd 2de met een tijd van 15'20"95 en dat is een nieuwe besttijd voor hem. Koen Van Hecke (KKS) maakte na 16'09"75 het podium compleet. Mijn atleet Bjorn Saelens (AVMO) deed het met een 5de plaats en 16'13"11 ook heel goed.
Die eerste West-Vlaamse titel veroveren op mijn trainingspiste deed wel deugd. In 2003 werd ik wel al eens Oost-Vlaams kampioen op de 5.000m. Maar ik kwam tot de vaststelling dat een 5.000m zo kort na een marathon niet evident is en ook niet aan te raden. Nu volgen opnieuw twee rustige weken zodat ik op 11 mei met frisse benen aan de start kom van het Belgisch kampioenschap marathon in Visé (Maasmarathon). Daar ga ik mijn Belgische titel verdedigen. Ook mijn Adidas teammakker Lander Van Droogenbroeck komt er aan de start. Het zal een zware strijd worden, maar ik ben gretig en heb er veel zin in. Laat ons hopen dat we daar nog iets kunnen forceren!